Slovenië neemt het stokje over van Portugal

Sinds 1 juli is Slovenië de nieuwe voorzitter van de Raad van de Europese Unie. Daarmee volgen ze de Portugezen op die deze rol het afgelopen half jaar hadden. Tijdens de plenaire vergadering in Straatsburg kwam de premier van Slovenië Janez Janša in het Europees Parlement de plannen van het land voor het komende half jaar toelichten. Veerkracht, herstel en de strategische autonomie van de EU zijn de speerpunten van de Slovenen. Ze willen duidelijk vaart maken met het herstel van Europa na de Covid-19 crisis. Concrete plannen omvatten onder andere het bouwen aan een Europese gezondheidsunie en het versterken van de Europese cyberweerbaarheid.

Tijdens het debat werden er ook een aantal kritische noten geplaatst die voornamelijk betrekking hadden op de rechtsstaat. EVP-fractievoorzitter Manfred Weber haalde terecht aan dat problemen omtrent de rechtsstaat geen interne nationale aangelegenheden van een lidstaat zijn, maar dat het een probleem is voor alle Europeanen. Ook voor Slovenië is er op dat punt werk aan de winkel. Onder andere door het feit dat premier Janša op het laatste moment de Sloveense gedelegeerde Europese aanklager voor het nieuwe Europese Openbaar Ministerie (EOM) heeft geblokkeerd. Het EOM doet het onderzoek naar en de vervolging van misdaden gerelateerd aan fraude en corruptie met Europese gelden. Vanuit de EVP hebben we dan ook de oproep gedaan aan Slovenië om er alles aan te doen om het EOM zo snel mogelijk volledig operationeel te maken.

Ik kijk daarnaast uit naar samenwerking met het Sloveens voorzitterschap op thema’s zoals migratie en de arbeidsmarkt, en ik hoop dat we op het einde van het jaar kunnen zeggen dat ze hebben kunnen leveren op de prioriteiten.