Parlement werpt blik op de toekomst

Gepubliceerd op 7 mei 2022

Deze week hebben we in het parlement veel gesproken over de toekomst van de Europese Unie en in het bijzonder over de hervormingen van de Europese verkiezingen in 2024. We proberen daarbij samen tot antwoorden te komen op belangrijke vragen die u en mij direct aan gaan; wat zijn onze prioriteiten voor de komende jaren? Wat is de rol van de EU in de wereld? Hoe maken we de Europese Unie democratischer en brengen we ‘Brussel’ dichter bij de Europese burgers? In een van mijn eerdere nieuwsbrieven heb ik u verteld over de Conferentie over de Toekomst van Europa. Dit is een uniek experiment waarbij burgers, het bedrijfsleven, sociale partners, lokale-, nationale en Europese politici en andere vertegenwoordigers debatteren over hoe we onze unie de komende decennia vorm moeten geven. Ik had de eer om als een van de vertegenwoordigers van het Europees Parlement deel te nemen aan deze debatten. De afgelopen maanden zijn we intensief met elkaar in gesprek gegaan, om uiteindelijk tot een lijst aanbevelingen te komen over verschillende belangrijke Europese thema’s. Over die aanbevelingen hebben we deze week als Europees Parlement ons licht laten schijnen. Zo vinden we dat de samenwerking tussen nationale parlementen en het Europees Parlement versterkt moet worden en de Europese instellingen transparanter en democratischer moeten zijn. We zijn het eens dat de EU een voortrekkersrol moet vervullen op gebied van klimaat en in het kader van de oorlog in Oekraïne met één stem moet spreken over veiligheid, defensie, energie en migratie. Ook benadrukken we dat de aanbevelingen van de conferentie daadwerkelijk in praktijk gebracht moeten worden. Daarom staan we als CDA-delegatie zeker open voor een eventuele herziening van de verdragen als dit in het Europees en Nederlands belang is. Om daadkrachtig op te kunnen treden zijn we als parlement bovendien voor afschaffing van het ‘vetorecht’ in de Raad. Momenteel kunnen lidstaten namelijk nog vaak in hun eentje initiatieven tegenhouden op het gebied van sancties en mensenrechtenschendingen. Als CDA-delegatie hebben we echter niet gestemd voor een totale afschaffing van dit vetorecht omdat unanimiteit in onze ogen soms nog zeker gewenst is, bijvoorbeeld, op het gebied van EU-uitbreiding of de begroting.Naast de bredere discussie over de toekomst van Europa, hebben we het in het specifiek ook  over de Europese verkiezingen gehad. De discussie richtte zich voornamelijk op het idee om zogenoemde transnationale lijsten in te voeren. Dit houdt in dat kiezers naast een nationale kandidaat uit het eigen land, ook nog kunnen stemmen op een tweede kandidaat uit een ander land. Op deze manier zouden er in totaal 28 ‘Europese kandidaten’ gekozen worden. Geen goed idee wat het CDA betreft, omdat wij als Europarlementariërs natuurlijk ook al het Europese belang dienen, en niet alleen het Nederlandse. Bovendien wordt de afstand tussen burger en politiek hierdoor juist alleen maar groter en hebben Europese kandidaten uit grotere lidstaten een voordeel omdat zij over het algemeen meer Europese bekendheid genieten en daardoor meer stemmen zullen behalen.

Terug naar het overzicht